De Luisentor is de enige bewaard gebleven stadspoort in Demmin.
De poort werd tot 1821 de koeienpoort genoemd. Vroeger dreven de boeren hun koeien hier 's ochtends heen en 's avonds weer terug. De poorten waren van zonsondergang tot zonsopgang op slot. De poort werd gebruikt om de stad te beschermen. De begane grond is gemaakt van veldsteen met een ogivale deuropening (ca. 13e eeuw), de rechthoekige poorttoren is gemaakt van baksteen met blinde decoratie (ca. 15e eeuw). Het heeft een zadeldak tussen de trapgevels. Onder de puntgevel bevond zich een houten loopbrug. De poort en de straat werden hernoemd naar de Pruisische prinses Luise na haar bezoek aan Demmin in 1821. Tot 1844 werd er tol geheven bij het Luisentor. Het Luisentor werd voor verschillende doeleinden gebruikt en was een gevangenis, een restaurant en, van 1952 tot 2002, een jeugdherberg. Sinds de modernisering in 2006 wordt het door de stad gebruikt voor haar gasten.