De kerk met zijn prinselijke crypte werd gebouwd in de 14e eeuw.
De Johanneskerk was gewijd aan Johannes de Doper. Tegenwoordig kun je de oostelijke apsis en de funderingsmuren met de gotische ramen zien. De verwoesting tijdens de Dertigjarige Oorlog is niet geregistreerd, maar de kerk werd aan het einde van de oorlog eigendom van het vorstendom. Op 4 september 1742 brandde de kerk volledig uit door blikseminslag. Op de eerste advent werd de kerk opnieuw ingewijd. Een barok altaar is nu het middelpunt van de vorstelijke slotkerk, en tegen betaling van 2,00 euro kun je beginnen aan de beklimming van de verheven hoogten. Op de eerste verdieping is een kleine tentoonstelling over de geschiedenis van de Johannieter Ridders, die in 1226 begon. Het toont de geschiedenis van de Komturei Mirow tot aan de Reformatie. Het laat ook zien hoe het pastorale werk later werd uitgevoerd in een Sint-Jansvereniging en biedt een vooruitblik. Als je een houten trap oploopt, kom je bij een kamer met wisselende kleine tentoonstellingen en als je nog een trap oploopt, kom je bij de klokkentoren. Als je de trap verder oploopt, bereik je het uitkijkplatform. Daar heeft de vereniging een kleine tentoonstelling ingericht met interessante informatie over de geschiedenis van de kerk en het werk van de vereniging. De laatste treden van de metalen wenteltrap leiden naar het uitkijkplatform. Vanaf daar heb je een weids uitzicht over de wateren rond Mirow.