Het massieve schip met een vijfhoekig oostelijk koor werd voltooid in 1380. Het gebouw heeft door de eeuwen heen talloze veranderingen ondergaan, waarbij de overblijfselen van muren aangeven dat er een enorme toren gepland was.
In 1667 werd echter een houten toren toegevoegd, die in 1999 door brandstichting werd verwoest en in 2000 werd herbouwd. Omdat de historische klok uit de 17e eeuw in de brand was gesmolten, kreeg de kerk in 2000 een nieuwe klok. Binnen zijn een relatief volledig bewaard gebleven neogotisch interieur uit 1843 en een van de weinige originele Buchholz-orgels (1842) te zien. Dit laatste onderging in 2001 een algehele restauratie door orgelbouwer Rainer Wolter uit Zudar (Rügen) en wordt gekenmerkt door bijzonder fijn vakmanschap en een prachtige klank. De restauratie van het interieur, waarbij middeleeuwse en barokke delen worden blootgelegd, zal in 2004 worden voltooid.